Tag archieven: vrijwilligerswerk

Voedselbankactie: voer voor mixed emotions

Vandaag heb ik als vrijwilliger meegedraaid in één van de supermarkten die meedeed aan de actie van De Voedselbank Apeldoorn. Buiten scheen de zon, handig als je onbekenden tijdens hun verplichte boodschappenrondje om een gunst moet vragen.

In de 2,5 uur die ik bij de ingang heb gestaan, heb ik de maatschappij in al zijn verschijningsvormen voorbij zien komen. Ik voelde me soms net een menselijke scan. Maar ook zelf werd ik gescand. Nieuwsgierige, open blikken werden afgewisseld met ontwijkende blikken. Bijna boos, geïrriteerd, liep een enkeling je soms het liefst zo snel mogelijk voorbij.

Maar gelukkig werd er ook heel vaak spontaan meegedaan. En zo vulden  de kratten zich uiteindelijk bijna als vanzelf. Één vrouw kwam zelfs terug, ze had thuis aan haar kinderen over de actie verteld en die gaven haar vervolgens geld uit hun spaarpot zodat ze nog wat boodschappen extra kon doneren. Mooi!

Een paar reactie’ s zag ik niet aankomen, zoals: ” Ik moet al zoveel boodschappen doen” , “NEE!”, “Je staat hier helemaal verkeerd, je moet dáár gaan staan!”, “Ik ben meer voor dieren”. “Nee, nu niet, ik ben even bezig”,  “Nee, ik ben één keer door jullie  belazerd, doe nooit meer mee!”

Ok, prima, moet kunnen, zo heeft iedereen zijn eigen verhaal/reden om niet mee te doen. Maar waarom zo boos? Ik ben maar gewoon blijven lachen. En dat leverde uiteindelijk ook leuke reactie’ s op. Reacties als ” Voor jou altijd!”, ” Wat goed dat jullie dit doen” en “Succes”,  maakten dat ik aan ’t eind van de middag tevreden weer naar huis ging. Wat is dit toch een mooie laagdrempelige actie.

 

Werk aan de winkel

Mijn eerste voorleesseizoen bij de Voorleesexpress zit er op. Toen ik hoorde dat men een “Coördinator voorlezers” zocht, besloot ik mij hiervoor aan te melden en niet aan een 2e seizoen als voorlezer te beginnen, ook al heb ik dit met veel plezier gedaan. Nieuwe ronde, nieuwe kansen, na afloop zie ik dan wel welke jas mij beter past, die van voorlezer of die van coördinator.
Met 4 enthousiaste voorlezers onder mijn hoede, is het nieuwe seizoen als coördinator voor mij begonnen. Gezinnen werden gekoppeld aan een voorlezer, gegevens onderling uitgewisseld en de eerste kennismakingsgesprekken gepland. Vorige week ben ik met de voorlezers bij hun gezin op bezoek geweest en hebben we nader kennis gemaakt. De wensen van de ouders besproken en uiteraard werd er gestart met voorlezen.
Vier verschillende voorlezers, met ieder hun eigen inbreng en ervaring. Maar ook 4 verschillende gezinnen, met verschillende achtergronden en gezinssamenstellingen. De ene ouder geboren in Nederland, de ander geboren in Afghanistan, Turkije of Syrië. De één zijn leven lang al in Nederland, de ander sinds één jaar. Getrouwd of gescheiden. Kinderen variërend in de leeftijd van 2,5 tot 8 jaar oud, die thuis niet of nauwelijks in het Nederlands worden voorgelezen, omdat de ouders de taal (nog) niet goed beheersen. Dit alles maakt dat ieder gezin zijn eigen aanpak nodig zal hebben.
Bewondering heb ik voor de Syrische vrouw die pas een jaar in Nederland is en zich toch al zo verstaanbaar kan maken in onze taal. In dit gezin worden de ouders door hun kinderen van 8 en 11 jaar in het Nederlands voorgelezen i.p.v. andersom. Waarna de jongens vervolgens weer door hun ouders in het Arabisch worden voorgelezen. Doordat de ouders zich voor dit project hebben aangemeld worden de jongens nu dus 20 weken lang voorgelezen in het Nederlands en wel op hun eigen niveau, dat uiteraard nog niet op het niveau van hun leeftijdsgenoten ligt, er zal dus ook hard gewerkt moeten gaan worden aan het vergroten van hun woordenschat.
En de voorlezers? Die gingen voortvarend van start, net als de kinderen. Ik betrapte mij er op dat ik het eigenlijk wel jammer vond dat ik niet met één van deze gezinnen aan de slag kon gaan als voorlezer. Het is gewoon verslavend.
Deze week is er een training “interactief voorlezen” gegeven aan alle voorlezers door een medewerkster van CODA. Mocht je als voorlezer nog niet enthousiast zijn, dan werd je het hier wel van. Wat zijn er toch een hoop manieren om met taal bezig te zijn!
Conclusie aan het eind van deze avond was dat er nog flink wat werk aan de winkel is, maar met de door CODA en de Voorleesexpress aangeboden handvatten gaat dat vast en zeker lukken. Ik ben nu al heel benieuwd hoe deze gezinnen dit traject over 20 weken gaan afsluiten, maar ik zal nog even geduld moeten hebben, weer een gevalletje van “pelan pelan”!

 

Feest!

En dan zijn “ineens” de twintig weken voorbij. Twintig weken waarin ik keer op keer enthousiast werd ontvangen door M. en haar moeder. Twintig weken waarin we samen zoveel hebben beleefd, dat ik er negentien keer een blog over heb kunnen schrijven. Deze week heb ik ze allemaal nog eens doorgelezen, en ik merk dat ik mijn eigen “top 5 ” heb:  “Herfstdip”, “Roze vrijdag”, “Lezen is stom”, “Besmet” en “Kikker is baqagak”.
Het deed mij ook even teruggaan in de tijd. Tijdens mijn lagere school periode moest ik gedurende een aantal weken iedere woensdagmiddag naar logopedie. Ik had moeite met de uitspraak van woorden waar een “sch” in voorkwam.  Ik vond het niet erg dat ik daar naar toe moest, want van mijn “juf” kreeg ik een schrift waarin zij speciaal voor mij iedere week mooie tekeningen maakte met daaronder de woorden waar ik moeite mee had. Ik bewonderde haar tekentalent en spelenderwijs ging ik met stappen vooruit. Zo simpel kan het zijn. Ik heb hier niets dan positieve herinneringen aan, misschien juist wel door die onvoorwaardelijke één op één aandacht die ik kreeg. Ik denk dat dat ook de kracht van de voorlezers bij “De Voorleesexpress” is, die onvoorwaardelijke aandacht als een voorlezer speciaal voor jou langskomt.
We hadden afgesproken om de twintig weken feestelijk af te sluiten, zodat het voor M. ook duidelijk zou zijn dat het echt de laatste keer was. Ik had geopperd om bij mooi weer een bezoek te brengen aan de kinderboerderij.  Ook zou ik dan wat lekkers meenemen. De kinderboerderij was prima, maar ik kreeg te horen dat ik niets mee mocht nemen.  Ik zou worden getrakteerd op een Afghaanse lekkernij. En dat heb ik geweten!
Bij binnenkomst werd ik er eerst door M. op gewezen dat ik te laat was…Ja, ik moet helaas bekennen dat ze gelijk had. Door een opstopping in het verkeer, duurde het wat langer voor ik op de bel drukte. Maar M. die op school al heeft leren klok kijken, wist precies wanneer het 11.00 uur was en wanneer niet ….
Ik baalde ervan dat ik haar uitgerekend de laatste keer had laten wachten, dat had ze niet verdiend. Het werd mij gelukkig snel vergeven en met mijn ogen dicht moest ik meekomen naar de woonkamer. “Tara!!” Daar stond de salontafel vol met lekkere nootjes, koekjes, chocolaatjes etc., het feest was begonnen. Zaten we daar samen pistache nootjes te pellen, zij met een kroon op haar hoofd, ik zonder. Aangezien een feest geen feest is zonder cadeau, had ik haar “voorleesdiploma” ingelijst en ingepakt. Het enige wat er nog ontbrak was haar handtekening. Na wat te hebben geoefend, ging ze er eens goed voor zitten en kon het diploma met ook haar handtekening erop, weer worden ingelijst. Trots als een pauw poseerde ze voor de foto. Hierna kreeg ik een mand vol met producten voor in de badkamer. Wat een verwennerij!
Maar dat was nog niet alles, een grote schaal met heerlijk geurende rijst en kip werd op tafel gezet. Een waar feestmaal. Na 1 keer opscheppen, gebaarde M. mij dat ik nog een keer moest opscheppen. Het excuus dat ik al zoveel op had, werd weggewimpeld, dat was maar een klein beetje geweest, er kon nog wel wat bij. Aangezien het mij erg smaakte heb ik uiteindelijk nog 2 keer opgeschept want ik begreep dat het een Afghaans gebruik is dat de visite op feestjes héél véél moet eten.
Tijdens het uitbuiken hebben we de tas met boeken er nog even bij gepakt en heb ik voor de laatste keer zitten voorlezen. Het bezoek aan de kinderboerderij hebben we maar gelaten voor wat het was, we waren veel te druk met andere dingen. Na 2 uur nam ik afscheid van M. en haar moeder, ik zal ze de rest van mijn leven niet snel meer vergeten. Ik hoop dat M. later met net zoveel plezier op deze twintig bezoekjes terugkijkt als ik op mijn bezoeken lang geleden aan de logopediste.

 

De laatste loodjes

Met mijn jas nog aan, gebaarde M. dat ik mijn ogen moest dichtdoen en haar een hand moest geven. Ze wilde mij wat laten zien. Gezegd dat ik toch echt eerst even mijn jas en schoenen wilde uitdoen, waarna ik vervolgens met mijn ogen dicht aan haar hand de gang door liep. Op haar kamer wees ze trots naar haar kast. Daar hing een wit A4-tje beplakt met stickers van prinsessen, dezelfde die ze altijd van mij krijgt na het voorlezen. Die stickers zijn echt een schot in de roos geweest, ze vindt ze nog steeds prachtig en heeft nu dus blijkbaar haar eigen voorraad.
Van haar moeder begreep ik dat als M. s’ochtends hoort dat “juf Jolanda” die dag weer komt, ze steeds bij het keukenraam gaat kijken of ik er al aankom. Ik beschouw het maar als een compliment.
Vooruitlopend op de laatste voorleessessie, kwam Gert, mijn coördinator ook even langs bij M.  Hij had de gele tas van De Voorleesexpres bij zich, met daarin 2 cadeaus voor M. Ze was blij verrast dat ze nu dezelfde tas had als “juf Jolanda”. In de tas zat een fotolijstje met daarin een foto van ons twee. Ook kreeg ze van De Voorleesexpress nog een mooi boek. Wat een verwennerij, ze snapte niet helemaal waar ze dit aan te danken had, maar nam de cadeaus dankbaar in ontvangst.
Na wat heen en weer geklets vroeg ik haar of ze mij de boeken wilde laten zien die ze zelf in de bibliotheek had uitgezocht. Een deel van de boeken wilde ze zelf “lezen”, hierna was het mijn beurt. Er zaten wederom 2 oude bekenden bij, “Het pannenkoekenboek” en “Mama kwijt”. Knap dat je over pannenkoeken een heel boek kan schrijven en dat kinderen het ook nog interessant vinden. Het zal nooit mijn favoriet worden vrees ik, maar “Mama kwijt” daarentegen, die blijft leuk. Vooral als M. hem in haar eigen woorden en gebaren “voorleest”. Prachtig, ze kent het verhaal helemaal uit haar hoofd.
Toen ik weer wegging, besefte ik mij dat ik de bezoekjes aan deze kleine boekenwurm nog zal gaan missen. Nog 3 keer te gaan, oftewel de spreekwoordelijke “laatste loodjes”, alhoewel ze helemaal niet aanvoelen als moeilijk of zwaar. Het kost mij dan ook geen enkele moeite om die 20 sessies vol te maken en dat is toch echt M. haar eigen verdienste.

Foto van vroeger

Tijdens mijn laatste bezoek aan M. kreeg ik de foto’s te zien van het feest ter ere van haar vierde verjaardag. Ze zat op een mooi versierde stoel, in een even zo mooie feestjurk. Wat een plaatje. Trots vertelde ze mij over de familie die geweest was.
Na afloop, moest ik denken aan bovenstaande foto die 44 jaar geleden gemaakt is op mijn eigen vierde verjaardag.  In gedachten hoorde ik Rob de Nijs “Foto van vroeger”  zingen. De link was snel gelegd.

Toen leek alles heel simpel, geen zorgen geen twijfel
Van god kwam het goede en het kwaad van de duivel

Tja, was het maar zo simpel. Inmiddels heeft iedereen zijn eigen opvattingen over god en de duivel, en dat botst, en hoe. Wat is het dan lekker om af en toe even terug te gaan in de tijd.  Ik ben benieuwd hoe M. over 44 jaar over háár 4e verjaardag terug denkt. Vast niet met de tekst van Rob de Nijs in haar hoofd, maar de strekking van zijn songtekst is hopelijk dan ook nog op haar van toepassing, want als je vier jaar bent hoor je je geen zorgen te maken en moet het leven lekker simpel zijn. Lekker fantaseren over van alles en nog wat en daar helpen kinderboeken heel goed bij.

 

Kaartje, kleine moeite, groot gebaar!

Na 2 weken vakantie is de Voorleesexpress vorige week weer gaan rijden. Was ik nog even welkom als hiervoor, of is de lol er voor M. toch een beetje afgegaan?
Bij het opengaan van de deur werd die vraag gelijk beantwoord. Met een brede grijns liet ze mij de kaart met daarop een baqagak (kikker) zien die ik haar voor haar 4e verjaardag op oudejaarsdag had gestuurd.
Tja, zeg nou zelf, een kaart ontvangen die iemand speciaal voor jou heeft uitgezocht, dat blijft toch leuk, ongeacht je leeftijd? Een beetje persoonlijke aandacht, daar groeien we allemaal van. En dat geldt niet alleen voor de ontvangende partij.
Haar moeder vertelde dat M., bij het zien van de kaart, had gevraagd of ze mij ook een cadeau mocht geven, omdat ze zo blij was met de puzzel en de kaart die ze had gekregen. Wat attent en dan te bedenken dat ze net 4 jaar oud is. Niet nodig M., ik vind het al een cadeau om iedere keer weer zo enthousiast te worden begroet.
Zittend op de bank met een kop thee, wilde ze mij een boek laten zien. Het bleek een plakboek te zijn van alle werkjes die ze had gemaakt op de peuterspeelzaal, aangevuld met foto’s van haarzelf. Een leuk naslagwerk waar ze veel over te vertellen had. En natuurlijk moesten er in dit boek ook nog een paar prinsessen stickers worden geplakt, ook die komen iedere week weer van pas.
Door familie bezoek en ziekte waren er in de vakantie geen nieuwe boeken gehaald en was er ook niet (voor)gelezen.  Jammer, stiekem had ik gehoopt dat ik verhalen zou horen van de meest geweldige boeken die ze samen hadden ontdekt. Nou ja, we hebben nog zo’n 7 weken te gaan en tot nu toe gaat het zo voorspoedig, niets te klagen dus.
Ze had wat moeite met haar concentratie, maar de eerste boeken in dit nieuwe jaar zijn weer gelezen, ik heb er alle vertrouwen in dat het de volgende keer weer helemaal als vanouds zal zijn.
Bij het afscheid werden nog snel even mijn schoenen gepoetst. Het moet niet gekker worden, wat een verwennerij.

Schathemeltjerijk

“Hoe word je schathemeltjerijk” is een vraag die de Triodosbank ons via de tv reclame stelt. Ik vind het persoonlijk wel een mooie reclame, met antwoorden die je aan het denken zetten, zoals:
Dirco te Voortwis, boer:
“Rijk worden is meer het verkleinen van je hebzucht dan het vergroten van je bezit.”
Of wat te denken van:
Douglas Rushkoff, filosoof uit New York:
“Rijk word je, als je andere mensen ook rijk maakt.
Terwijl in een ander reclameblok de Staatsloterij ons aan het eind van 2015 nog over de streep probeerde te trekken om toch vooral nog even een eindejaarslot te kopen voor een slordige 30 euro. Want wie wil er nou niet als miljonair 2016 in gaan?
Twee totaal van elkaar verschillende reclame’s die over “rijkdom” gaan. Misschien vind je het vreemd, maar die van de Triodosbank spreekt mij toch het meest aan.
Afgelopen kerst voelde ik mij de koning te rijk, toen ik met mijn gezin in het vliegtuig stapte richting Londen. Vliegen blijf ik iets magisch vinden, het uitzicht boven de wolken geeft mij het gevoel dat ik leef, dit gevoel te mogen beleven samen met mijn gezin, is voor mij pure rijkdom. Family time, daar kan niets tegen op.
De drukke winkelstraten hebben we zoveel mogelijk links laten liggen. Echter, op Boxing Day na het kijken van de voetbalwedstrijd van Tottenham tegen Norwich, besloten we nog even te gaan kijken naar de kerstverlichting in het winkelgebied. En ik kan niet anders zeggen dan dat het er prachtig uitzag, maar tegelijkertijd word je je ook bewust van de enorme pracht en praal en de uitwerking hiervan op de mensen. “Shop till you drop”, was hier duidelijk het thema van heel veel bezoekers. Schril contrast met de 7500 daklozen die er momenteel in Londen zijn.
We waren er eigenlijk nog maar net, toen er opeens vanuit het niets paniek uitbrak en de mensen op straat massaal onze kant op kwamen rennen. Ik moest gelijk aan de aanslag in Parijs denken en begon instinctief te rennen. Na enkele meters neemt het verstand het weer van de paniek over en kijk je om je heen waar de rest is gebleven. Gelukkig hadden we elkaar weer snel gevonden. Het is ons niet duidelijk geworden wat de aanleiding hiervoor was, maar eng was het zeker. De Londense “Koopgoot” hebben we vervolgens gelaten voor wat het was, anderen sloten zich alsof er niets gebeurd was, weer aan in de rij voor de kassa “koopjes”.
Een dag later gingen we weer richting huis, en gisteren sloot ik 2015 af door vanaf de bank het nieuwe jaar in te springen (oude overgenomen familie traditie).
Begin 2015 raakte ik mijn baan kwijt, nu een jaar later kan ik ondanks het ontbreken van een nieuwe betaalde baan gelukkig zeggen dat ik mij in 2015 toch heel vaak “rijk” heb gevoeld.
Volgende week begin ik als vrijwilliger bij de noodopvang van vluchtelingen in Apeldoorn. Ik verwacht dat het intensief en confronterend zal zijn, maar ik heb er ontzettend veel zin in.
Onlangs ben ik naar een introductiedag van de mannen van “365 dagen succesvol” geweest. Een van de vragen die zij je stellen is:  “Leef je het plan van een ander of je eigen plan?” Ik vind deze vraag eigenlijk wel mooi aansluiten bij de domeinnaam die ik halverwege 2015 heb vastgelegd, “plan-plan”.
Een aantal plannen heb ik inmiddels uitgevoerd, anderen liggen nog op de plank, die heb ik meeverhuisd naar 2016. Ik ben er weer klaar voor. Nieuwe ronde, nieuwe kansen. Bij deze wens ik iedereen een gelukkig 2016 en een rijkdom die niet in geld is uit te drukken!

 

Een voorzichtige start

Deze week hoorde ik op tv iemand zeggen:  “Wat zeg jij later tegen je (klein)kinderen als ze je vragen: wat deed jij in 2015 toen er duizenden mensen op de vlucht gingen en zich massaal in ons land melden?”

Met het invullen van mijn eigen antwoord op deze vraag, ben ik vandaag actief begonnen. Om 10.00 uur heb ik mij gemeld in het centrale magazijn van het Rode Kruis, hier aan de Kraaiweg in Apeldoorn. Midden in een woonwijk en als je niet weet dat het er zit, fiets je er zo langs. We worden ontvangen met een kop koffie en het wordt ons al snel duidelijk dat hier iedere dag heel hard gewerkt wordt door een vast team aangevuld met vrijwilligers. Geen dag is hier hetzelfde. Afhankelijk van de ontwikkelingen in “de bijzondere wereld van de opvanglocaties”,  worden er spullen gesorteerd, gecontroleerd, tijdelijk opgeslagen, schoongemaakt etc. etc. Vandaag moet een partij met veldbedden die elders in het land vrij zijn gekomen, worden gecontroleerd. Zijn ze nog heel, missen er onderdelen die vervangen kunnen worden of zijn ze inmiddels al zo vaak gebruikt dat ze kapot zijn gegaan en afgevoerd moeten worden.
Bedden worden sowieso na het gebruik eerst gedesinfecteerd, vanwege de schurft die op de loer ligt. De dekens en kussens worden na gebruik vernietigd. Bedden moeten 1 voor 1  uit hun hoes worden gehaald, uitgeklapt, gecontroleerd op scheuren, ontbrekende onderdelen etc. en bij goedkeuring weer in de zak teruggedaan om ze vervolgens per 25 op een rek te plaatsen. Hierna wordt dit nog aangevuld met 25 (wegwerp) kussens, dekens, en hygiëne sets.

Met zo’n 12 vrijwilligers gaan we aan de slag. Een enkeling is al eerder geweest, meeste zijn net als ik voor het eerst. Jong, oud, man, vrouw, Nederlanders en 1 Syriër. De Syrische man is hier vorig jaar in Nederland aangekomen en woont nu sinds februari in Apeldoorn. Ik vraag mij af welke weg hij heeft afgelegd om hier te komen. Hij krijgt complimenten over zijn Nederlands. Hij vertelt dat hij destijds 15 dagen op een boot in zee heeft gedreven. Ik vraag mij af in hoeverre hij zijn eigen vlucht weer keer op keer herleeft, wat doet het met je als je 15 dagen op zee hebt gedobberd, dat moet toch heel angstig zijn geweest, droom je daar nog over s’nachts? Nee, daar heeft hij geen last van, de situatie in Syrië, dat is veel en veel erger, daar hebben wij geen weet van. De beelden die je op tv ziet, vertellen nog lang niet het hele verhaal. Zijn ogen spreken boekdelen en ik geloof hem.

En zo werken we door, ieder met zijn eigen gedachten, ieder met zijn eigen reden om dit te doen. Vele handen maken licht werk en na 2 uur staan de spullen klaar voor transport. Op naar een van de vele opvanglocatie’s. En zo gaat het hier en elders in het land, dus dag in dag uit. Een ding weet ik zeker, de volgende keer dat ik een oproep krijg om mee te helpen, meld ik mij weer.